Nijhuis q.q./bestuurders en hun moeder
Appellante, curator van een gefailleerde vennootschap, vordert veroordeling van geïntimeerden, de bestuurders en hun moeder, tot terugbetaling van € 37.000. Dit bedrag is overgeboekt naar de rekening van de moeder van de bestuurders, één dag voordat de vennootschap haar eigen faillissement had aangevraagd. De rechtbank heeft de vorderingen van de curator afgewezen. Het hof heeft dat vonnis vernietigd. Naar het oordeel van het hof hebben de bestuurders, door een schuld van een naast familielid te voldoen, waarvoor afgezien van de opeisbaarheid geen grond is aangevoerd, terwijl niet is gesteld of gebleken dat de vennootschap voor haar verdere exploitatie van die schuldeiser afhankelijk was, terwijl vele andere schuldeisers onbetaald bleven, jegens de vennootschap c.q. haar gezamenlijke schuldeisers zodanig onrechtmatig gehandeld dat hen ter zake persoonlijk een ernstig verwijt treft.
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden (Locatie Arnhem), 26-04-2016