Bestuurders/Curator van Holland-Jeruzalem Management Company B.V.
De curator stelt de voormalige bestuurders van failliet aansprakelijk voor het boedeltekort op grond van artikel 2:248 BW, althans voor enkele specifieke schadeposten op grond van artikel 2:9 BW en artikel 6:162 BW. In eerste aanleg wijst de rechtbank de vordering ex artikel 2:248 BW af, maar acht zij beide bestuurders gedeeltelijk aansprakelijk wegens onder meer het onttrekken van vermogensbestanddelen aan de vennootschap. Ook het hof wijst de vordering ex artikel 2:248 BW af, bij gebrek aan belangrijke oorzaak van het faillissement. Bestuurders zijn naar het oordeel van het hof wel deels aansprakelijk op grond van artikel 2:9 BW en 6:162 BW wegens onbehoorlijk bestuur en onrechtmatig handelen jegens de vennootschap en de gezamenlijke schuldeisers. Het disculpatieverweer van een van de bestuurders wordt afgewezen.
Gerechtshof Den Haag (Locatie Den Haag), 28-01-2025