Eindhovense Hengelsport Vereniging/Bestuurder (voorzitter en interim-penningmeester)
De interim-penningmeester – tevens voorzitter van het bestuur – van een vereniging heeft zijn zoon toegang gegeven tot de inloggegevens voor internetbankieren van de bankrekening van de vereniging. De zoon heeft op enig moment enkele grote bedragen overgemaakt naar onbekende partijen. De vereniging vordert veroordeling van de interim-penningmeester tot betaling van het totaal van deze overgemaakte bedragen. De rechtbank oordeelt dat geen sprake is van groepsaansprakelijkheid (art. 6:166 BW), omdat onvoldoende is toegelicht dat sprake was van afstemming of consensus tussen de interim-penningmeester en zijn zoon. De rechtbank oordeelt dat wel sprake is van bestuurdersaansprakelijkheid (art. 2:9 BW) en dat de interim-penningmeester een persoonlijk ernstig verwijt treft, omdat het op de weg van de interim-penningmeester had gelegen om voldoende toezicht te houden op de verrichtingen van zijn zoon, hetgeen hij heeft nagelaten.
Rechtbank Oost-Brabant (Locatie Eindhoven), 15-12-2021