X BV
Aansprakelijkheid van (in)directe bestuurders van een vennootschap voor betalingen aan henzelf in het zicht van een faillissement van de vennootschap (HR 23 mei 2014, ECLI:NL:HR:2014:1204 (K/Maas q.q.)). Wat betreft de betalingen door X B.V. aan appellanten (de direct en indirect bestuurder) komt het hof tot de conclusie dat deze betalingen (i) plaatsvonden in het zicht van het faillissement, (ii) dat appellanten wisten of behoorden te weten dat het faillissement aanstaande was, (iii) dat het gaat om betalingen van eigen vorderingen van de (in)directe bestuurders die in rang niet hoger waren dan die van andere schuldeisers en (iv) dat geen sluitende rechtvaardiging voor deze selectieve betalingen is gegeven, zodat appellanten wisten of redelijkerwijs moesten begrijpen dat deze betalingen aan henzelf tot gevolg zouden hebben dat X B.V. andere verplichtingen niet zou nakomen en ook geen verhaal zou bieden voor de als gevolg daarvan optredende schade en dat appellanten in verband met het bevorderen van die betalingen persoonlijk een ernstig verwijt valt te maken. Aldus is hun aansprakelijkheid in zoverre gegeven.
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 25-11-2014