Update
Geachte mevrouw/heer,
Bijgaand treft u een nieuwe OR Update aan.
Rechtspraak
In deze nieuwsbrief vindt u een overzicht van de rechtspraak die sinds de vorige nieuwsbrief op www.or-updates.nl is gepubliceerd.
Onderaan deze mail vindt u handige linkjes met weekoverzichten per instantie en kunt u de pdf met alle nieuw toegevoegde samenvattingen van ondernemingsrechtelijke uitspraken vanaf de website downloaden.
Wij lichten de volgende uitspraken hier voor u uit:
Gerechtshof Den Haag 4 maart 2025, OR 2025-0138, Geschil betaling koopprijs aandelen en vernietiging van koopovereenkomst
In deze uitspraak, samengevat door Koen Andel, staat een geschil tussen een koper en verkoper van aandelen centraal. Koper koopt de aandelen van Verkoper in hun gezamenlijke vennootschap, maar betaalt slechts een deel van de koopprijs. Verkoper vordert betaling van het restant, inclusief contractuele rente en een contractuele boete. Koper stelt dat de overeenkomst tot stand is gekomen onder invloed van bedrog, misbruik van omstandigheden en dwaling, met name vanwege een vermeende onjuiste voorstelling van een vordering van de gezamenlijke vennootschap op een derde partij. De rechtbank heeft de vordering van Verkoper toegewezen en het beroep van Koper op vernietiging van de koopovereenkomst afgewezen. Het hof bekrachtigt het vonnis van de rechtbank.
Gerechtshof Amsterdam 22 april 2025, OR 2025-0132, Bestuurdersaansprakelijkheid wegens overboekingen zonder rechtsgrond
Een (middellijk) aandeelhouder van een bedrijf dat zich in Covid-19-testen specialiseert, Speed Covid Test, wil op enig moment zijn aandelen verkopen aan zijn medeaandeelhouders. Als de gesprekken hierover leiden tot een impasse, gaat de indirect aandeelhouder, die tevens indirect bestuurder is, over tot het overboeken van in totaal ruim € 1 miljoen van de bankrekening van de vennootschap naar de rekening van hemzelf en zijn persoonlijke bv. Speed Covid Test vordert de bedragen terug op grond van onverschuldigde betaling en stelt de aandeelhouder hoofdelijk aansprakelijk voor de geleden schade als gevolg van deze handelwijze. Zowel de rechtbank als het hof gaan hierin mee. De aandeelhouder en zijn bv worden veroordeeld tot terugbetaling van de overgemaakte bedragen. Ten aanzien van de middellijk aandeelhouder als indirect bestuurder van Speed Covid Test stelt het hof vast dat sprake is van bestuurdersaansprakelijkheid. Door zonder rechtsgrond (grote) geldbedragen aan zijn eigen onderneming over te maken, is Speed Covid Test benadeeld en is onder meer de liquiditeit van de vennootschap in gevaar gekomen, zo oordeelt het hof in dit arrest, dat is samengevat door Abdessamad El Allaoui.
Rechtbank Rotterdam 20 juni 2025, OR 2025-0136, Een bv die via een opheffing van het faillissement is ontbonden, maar toch weer herleeft. Met wenk
In deze uitspraak is het faillissement van een bv opgeheven bij gebrek aan baten, waardoor de bv is ontbonden. De voormalig bestuurder verzoekt op grond van artikel 2:23c lid 1 BW om heropening van de vereffening. De rechtbank wijst het verzoek toe, ondanks het feit dat het kennelijk niet om een zogenoemde ‘nieuwe’ bate gaat. In haar samenvatting en wenk besteedt Samantha Renssen uitgebreid aandacht aan deze vaak gestelde voorwaarde voor heropening van de vereffening.
Onze zoekfunctie
Wist u dat OR Updates uit meer bestaat dan deze nieuwsbrief?
Onze website biedt u bijvoorbeeld de mogelijkheid om op doeltreffende wijze de database te doorzoeken, zodat u de voor u relevante uitspraken kunt vinden. Zo kunt u bijvoorbeeld zoeken op onderwerp, instantie of uitspraakdatum.
Inzenden eigen rechtspraak
Beschikt u zelf over een nog niet gepubliceerde uitspraak die relevant is voor de ondernemingsrechtpraktijk en rechtsontwikkeling, dan kunt u mailen naar or-updates@budh.nl. Wij stellen dat erg op prijs.
Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar klantenservice@boom.nl.
Met vriendelijke groet,
Karel Boonzaaijer, Evert Leemreis en Emmanuel Lokin
Hoofdredactie OR Updates
Hof
- Ondernemingskamer Gerechtshof Amsterdam Een ondernemingsraad heeft bij de OK beroep ingesteld tegen een besluit van het bestuur van een Nederlandse dochtervennootschap van een internationaal concern met betrekking tot een reorganisatie en het vervallen van arbeidsplaatsen, en de OK onder meer verzocht te oordelen dat de ondernemer bij afweging van alle betrokken belangen niet in redelijkheid tot het besluit heeft kunnen komen. De OK oordeelt dat het bestuur van de dochtervennootschap bij het voorbereiden en nemen van een dergelijk besluit de belangen van de vennootschap zelfstandig dient te beoordelen en af te wegen tegen het concernbelang en aan de ondernemingsraad inzicht moet geven in die belangenafweging. Bij die belangenafweging legt de concernstrategie gewicht in de schaal, maar niet per definitie een doorslaggevend gewicht. Het bestuur heeft bij afweging van de belangen niet in redelijkheid tot het reorganisatiebesluit kunnen komen wegens onvoldoende zelfstandige afweging van de eigen belangen tegen het (internationale) concernbelang. De informatieverstrekking aan de ondernemingsraad is onvoldoende geweest. De ondernemer heeft aldus niet in redelijkheid tot het besluit kunnen komen. 20-05-2025
- Gerechtshof Amsterdam Een (middellijk) aandeelhouder van een bedrijf dat zich in Covid-19-testen specialiseert, Speed Covid Test, wil op enig moment zijn aandelen verkopen aan zijn medeaandeelhouders. Als de gesprekken hierover leiden tot een impasse, gaat de indirect aandeelhouder, die tevens indirect bestuurder is, over tot het overboeken van in totaal ruim € 1 miljoen van de bankrekening van de vennootschap naar de rekening van hemzelf en zijn persoonlijke bv. Speed Covid Test vordert de bedragen terug op grond van onverschuldigde betaling en stelt de aandeelhouder hoofdelijk aansprakelijk voor de geleden schade als gevolg van deze handelwijze. Zowel de rechtbank als het hof gaat hierin mee. De aandeelhouder en zijn bv worden veroordeeld tot terugbetaling van de overgemaakte bedragen. Ten aanzien van de middellijk aandeelhouder als indirect bestuurder van Speed Covid Test stelt het hof vast dat sprake is van bestuurdersaansprakelijkheid. Door zonder rechtsgrond (grote) geldbedragen aan zijn eigen onderneming over te maken, is Speed Covid Test benadeeld en is onder meer de liquiditeit van de vennootschap in gevaar gekomen, zo oordeelt het hof. 22-04-2025
- Gerechtshof Den Haag Koper koopt de aandelen van Verkoper in hun gezamenlijke vennootschap, maar betaalt slechts een deel van de koopprijs. Verkoper vordert betaling van het restant, inclusief contractuele rente en een contractuele boete. Koper stelt dat de overeenkomst tot stand is gekomen onder invloed van bedrog, misbruik van omstandigheden en dwaling, met name vanwege een vermeende onjuiste voorstelling van een vordering van de gezamenlijke vennootschap op een derde partij. De rechtbank heeft de vordering van Verkoper toegewezen en het beroep van Koper op vernietiging van de koopovereenkomst afgewezen. Het hof bekrachtigt het vonnis van de rechtbank. 04-03-2025
Rechtbank
- Rechtbank Midden-Nederland Omdat de vordering van de aanvrager is voldaan, vernietigt de rechtbank na verzet het faillissement van een vennootschap. In aanloop naar het faillissement is ongeveer € 290.000 overgemaakt naar de partner van de statutair bestuurder na een aantal btw-teruggaven, terwijl tientallen schuldeisers onbetaald zijn gelaten. De rechtbank overweegt daarom dat vernietiging van het faillissement in strijd is met de belangen van de gezamenlijke schuldeisers en de maatschappelijke belangen, maar op basis van rechtspraak van de Hoge Raad ziet de rechtbank geen ruimte voor een andere beslissing. 08-07-2025
- Rechtbank Overijssel De rechtbank legt bij verstek een bestuursverbod op voor de duur van vijf jaar. 25-06-2025
- Rechtbank Rotterdam Het faillissement van een bv is opgeheven bij gebrek aan baten. Hierdoor is de bv ontbonden. De voormalig bestuurder verzoekt op grond van artikel 2:23c lid 1 BW om heropening van de vereffening. De rechtbank wijst het verzoek toe, ondanks het feit dat het kennelijk niet om een zogenoemde ‘nieuwe’ bate gaat. In haar samenvatting en wenk besteedt Samantha Renssen uitgebreid aandacht aan deze vaak gestelde voorwaarde voor heropening van de vereffening. 20-06-2025
- Rechtbank Amsterdam De curatoren van de Heiploeg-vennootschappen hebben met vrijwel alle bestuurders (en commissarissen) een schikking getroffen voor € 3 miljoen, waarvan € 1,5 miljoen werd betaald door de verzekeraars. Een van de oud-bestuurders heeft niet geschikt en is veroordeeld tot betaling van € 13 miljoen op grond van artikel 2:9 BW. Deze oud-bestuurder verwijt de bestuurdersaansprakelijkheidsverzekeraars onder meer dat zij onvoldoende rekening hebben gehouden met zijn belangen door hem niet te betrekken bij de schikkingsonderhandelingen die zijn gevoerd met de curatoren. De rechtbank wijst de vorderingen van de oud-bestuurder af. De curatoren hebben laten weten ook de oud-bestuurder te willen betrekken bij de schikkingsonderhandelingen. Ook de verzekeraars hebben voordat de schikking was getroffen van zich laten horen. Dat de oud-bestuurder desondanks een afwachtende houding heeft aangenomen en geen initiatieven heeft ondernomen om zich in de schikkingsonderhandelingen te mengen, komt voor zijn risico. 28-05-2025
- Rechtbank Rotterdam Twee bestuurders en hun gelieerde vennootschappen worden aangesproken op basis van onrechtmatige daad ex artikel 6:162 BW. Eiser heeft een loonvordering op het bedrijf van de bestuurders en stelt zich op het standpunt dat de bestuurders een persoonlijk ernstig verwijt te maken valt vanwege verhaalsfrustratie. Bestuurders doen een beroep op betalingsonmacht. Eiser betwist dat en stelt dat sprake is van betalingsonwil. De bestuurders hebben de moedervennootschap leeg getrokken via de gelieerde vennootschappen, terwijl eiser juist op die moedervennootschap verhaal wilde halen. De rechtbank Rotterdam stelt de onrechtmatigheid vast. De gelieerde vennootschappen zijn aansprakelijk en de bestuurders zijn hoofdelijk aansprakelijk vanwege verhaalsfrustratie en betalingsonwil. 07-05-2025
- Rechtbank Overijssel De curator van een failliete vennootschap spreekt onder meer de feitelijk beleidsbepaler (de zoon) en de voormalig statutair bestuurder (de vader) aan. Volgens de curator is onder meer sprake van onbehoorlijk bestuur. De zoon heeft geen verweer gevoerd en wordt aansprakelijk gehouden voor het boedeltekort op grond van artikel 2:248 BW. De vader stond tussen oktober 2014 en maart 2015 ingeschreven als bestuurder van de vennootschap. In verband met de hypotheekaanvraag van een andere betrokkene werd de vader tijdelijk 100% aandeelhouder. Ter zitting verklaarde hij niet te hebben geweten dat hij ook enig bestuurder van de vennootschap zou zijn. De rechtbank overweegt dat de vader in de dagelijkse gang van zaken binnen de vennootschap geen rol speelde en feitelijk slechts als geldschieter fungeerde. De rechtbank oordeelt daarom dat de vader niet hoeft bij te dragen in het faillissementstekort en matigt zijn aansprakelijkheid tot nihil. 23-02-2022