X c.s./IFS
Incident tot schorsing en hervatting. Appellanten procederen met IFS, voor zover relevant, over een door IFS aan appellanten te betalen bedrag. Door IFS is aangevoerd dat een fusieakte is verleden, waarbij Intres B.V. de verkrijgende rechtspersoon was van IFS. Vervolgens is een splitsingsakte verleden als gevolg waarvan Euretco Financial Services B.V. de activa en passiva betreffende de 'financiële dienstverlening' en het 'centraal betalen' van Intres toebedeeld heeft gekregen, aldus IFS. IFS stelt belang te hebben bij schorsing ex artikel 225 Rv om Euretco te presenteren als de opvolgende procespartij. Appellanten klagen er volgens het hof terecht over dat de splitsingsakte niet in het geding is gebracht, waardoor onvoldoende duidelijk is in hoeverre Euretco sinds de splitsing als de debiteur van appellanten heeft te gelden. IFS wordt opgedragen om bij akte alsnog aan te tonen dat die partij ten opzichte van appellanten als de opvolgende procespartij heeft te gelden. IFS dient bij die gelegenheid tevens in te gaan op de stellingen van appellanten omtrent de door hen gewenste waarborg, zekerheidstelling dan wel hoofdelijke verbondenheid.
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 03-03-2015