Sponsorovereenkomst Judo Bond Nederland

Verenigingsrecht. Sponsorovereenkomst gesloten door de vereniging niet dwingend voor de leden. Belangenafweging besluitvorming

Van der Zwet / Vestia

Onbehoorlijk bestuur in de zin van artikel 2:9 BW door ex-bestuurder van Stichting Vestia Groep (voorheen: SGBB)? Beroep ex-bestuurder op artikel 2:8 BW

Advocaat/X

Beklamel-norm; vraag of bestuurder bij het aangaan van verbintenissen namens de vennootschap wist of behoorde te weten dat de vennootschap niet kan nakomen en geen verhaal zou bieden

ING Bank/Bera Holding

Voor toerekening van schijn van volmachtverlening kan ook plaats zijn ingeval ING Bank gerechtvaardigd heeft vertrouwd op volmachtverlening door Bera Holding aan X op grond van feiten en omstandigheden die voor risico van Bera Holding komen en waaruit naar verkeersopvattingen zodanige schijn van vertegenwoordigingsbevoegdheid kan worden afgeleid

YTP/Pikobello

Het besluit van de ava tot ontslag van een statutair bestuurder is nietig wegens het ontbreken van een bestuursbesluit tot bijeenroeping van de ava

International Poolguild B.V.

Bestuurdersaansprakelijkheid. Is de bestuurder van later failliet verklaarde vennootschap aansprakelijk tegenover oudere crediteur van de vennootschap omdat hij onvoldoende onderzoek heeft gedaan naar overnemende partij die hem geheel onbekend was?

Veevoeders B.V. / Coöperatie Koninklijke Cosun U.A. c.s.

In deze zaak vordert eiseres, vooruitlopend op de bodemprocedure, bij voorziening, dat perspulp aan haar wordt geleverd. Deze perspulp werd altijd aan haar geleverd door gedaagden, maar gedaagden hebben te kennen gegeven niet meer te leveren. Eiseres stelt dat sprake is van een duurovereenkomst op grond waarvan gedaagden gehouden zijn te leveren. Voorts stelt eiseres dat gedaagden misbruik maken van hun economische machtspositie. Het voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter is dat onvoldoende aannemelijk is gemaakt dat sprake is van een duurovereenkomst, terwijl niet vaststaat dat sprake is van misbruik van economische machtspositie

De Bank / X, Y en Z

Aansprakelijkheid rekeninghouders en statutaire bestuurders uit onrechtmatige daad (art. 6:162 BW) voor fraude in kredietrelatie met bank. Strijd met de zorgvuldigheid die in het maatschappelijk verkeer van partijen mag worden verwacht. Element ‘schuld’ in de zin van art. 6:162 lid 2 BW komt in de onderhavige zaak neer op ‘opzet’

W.K. Scherpenzeel Pensioen B.V. / Königsberg B.V.

Bezwaren tegen de wijze waarop de vereffenaar zijn taken uitoefent kunnen slechts tot ontheffing uit zijn functie leiden indien de vereffenaar kennelijk onredelijk heeft gehandeld of – naar redelijkerwijs te verwachten is – zal handelen. In het onderhavige geval is hier geen sprake van

Vereniging Consument en Geldzaken/Aegon

Aegon dient bij akte gespecificeerd en voor zover mogelijk met stukken onderbouwd duidelijk te maken op welke wijze het Garantiefonds de beschikking heeft gekregen over een bedrag gelijk aan de door de afnemers van het Sprintplan geleende bedragen en vervolgens hoe en voor welk bedrag het Garantiefonds tot belegging daarvan is overgegaan